‘Witte huizen’ door Amy Bloom VS

Witte huizen is het verhaal van Lorena Hickok (bijnaam Hick), een journaliste. In 1932 interviewde ze Eleanor Roosevelt tijdens de presidentsverkiezingen, waar haar man Franklin D. Roosevelt kandidaat was voor de Democratische Partij. Eleanor en Lorena raakten bevriend en kregen een liefdevolle, passievolle relatie, die ze na vier jaar verbraken. Beide vrouwen bleven zich hun leven lang verbonden voelen.

Hick vertelt het verhaal, meestentijds in april 1945, wanneer Eleanor na de dood van Franklin (FDR) lijkwit, wanhopig en angstig bij Hick voor de deur staat en bij haar troost en steun zoekt. Niet alleen kijkt Hick in dit verhaal terug op haar jaren met Eleanor, maar ook op haar eigen jeugd in South Dakota, een jeugd in grote armoede, met een gewelddadige vader, die haar – wanneer hij maar wilde- verkracht en een moeder die de andere kant opkijkt. Moeder stierf jong en vader deed de kinderen uit huis. Hick was toen dertien. Zij blijkt een doorzetter, die beslist iets wil worden in de wereld. Ze heeft allerlei baantjes, van huishoudelijke hulp tot administratrice bij een circus van ‘mensen met afwijkingen’. Maar ze zorgt steeds dat ze kan blijven leren en brengt het met haar artikelen en interviews tot de bekendste vrouwelijke journalist van die tijd.

Eleanor was opgegroeid met een gouden lepel en hoog opgeleid; een sociaal bewogen, idealistisch en lieve vrouw. Sinds FDR in 1921 polio kreeg en in een rolstoel terecht kwam, was ze zijn stand-in bij openbare bijeenkomsten en later nam ze een eigen publieke rol, vooral rond het onderwerp mensenrechten. Eleanor had vijf kinderen uit haar huwelijk (in 1905) met FDR. Ondanks het polygame karakter van het huwelijk, duurde de liefde tussen FDR en Eleanor voort. Ze was dol op hem.

De relatie van Eleanor en Hick kwam pas aan het licht door de biografie over Eleanor door Blanche Wiesen Cook in 2016. Er was in de jaren ‘30 alleen in kleine kring bekend dat Eleanor minnaressen had. Dat had FDR ook. Jarenlang verkeerde hij met zijn secretaresse Missy (Lucy Mercer Rutherford), waarmee hij openlijk een relatie had. Zo ook met zijn volgende secretaresse en met de Noorse prinses Märtha. Toen hij in 1933 tot president werd verkozen, nam iedereen zijn of haar intrek (of logeerde langdurig) in het Witte Huis: vrienden, familie en ook Hick. Zij had de kamer naast Eleanor met alleen een tussendeur. Zij kon haar vak niet meer uitoefenen; door haar relatie was ze ‘een deel van het verhaal’ geworden. Ze kreeg via de president, die ze bewonderde, een baan als onderzoeksjournaliste bij het Nationale Steunprogramma. Dat was voor Eleanor van groot belang omdat ze daar bijzondere interesse in had en aanvankelijk Franklin hierover informeerde. Later werd ze zelf actief in steunprogramma’s voor kansarme burgers.

FDR kon zijn relaties openlijk beleven, Eleanor moest het stiekem doen. FDR werd gezien als ‘meer man’ door zijn buitenechtelijke relaties (zeker omdat zijn onderlichaam door de polio verlamd was), maar naar Eleanor zou men met afkeuring kijken en haar ‘afwijking’ niet accepteren. Eleanor en Hick reisden veel samen. Meestentijds werd Eleanor niet herkend. En die paar mensen die haar wel herkenden, waren uiterst beleefd. Men had geen idee van een ‘verboden liefde’, daar gaven Hick en Eleanor in het openbaar geen reden toe. Eigenlijk ‘zag’ men de relatie niet. Dat was voor Hick enerzijds pijnlijk, maar anderzijds wel zo prettig.

Het bijzondere aan dit boek is de liefde op latere leeftijd van deze twee vrouwen. Ze waren 39 en 48 jaar toen ze een relatie begonnen. Amy Bloom beschrijft de liefdesverklaring van Eleanor aan Hick in het begin van de relatie: ‘Je ziet me helemaal en ik geloof niet dat je alles leuk vindt wat je ziet. Ik hoop van wel, maar ik betwijfel het. Maar je ziet me. De hele persoon. Niet alleen jezelf weerspiegeld in mijn ogen. Niet alleen degene die van jou houdt. Mij.’
De schrijfster creëert met voelbaar genoegen de karakters, de (fictieve) dialogen en situaties om haar thema’s duidelijk te maken: de liefde, seks en intimiteit van de geliefden op dat niveau in de wereld van de dertiger jaren en net na de tweede wereldoorlog.
In 1945 als ze 52 en 61 jaar zijn komen ze in de dagen van steun en troost ook seksueel weer bij elkaar. Hick vertelt: ‘Eleanor buigt zich voorover en het bandje scheurt van haar onderbroek. We horen het allebei. ‘Dat is het einde van die onderbroek,’ zei ik. ‘Ik ben er blij om.’ Ze trekt hem uit en ik knoop mijn hemd open. Ik laat mijn nachthemd openhangen en haar vermoeide vlees raakt het mijne en wat er misschien niet mooi uitziet voelt wel mooi aan. Eleanor zegt dat we het licht moeten uitdoen en ik zeg: ik betaal je een miljoen als je me naar je laat kijken.’ Dan volgt een ode op haar lichaam, die eindigt met: ‘Eleanors lichaam is het landschap van mijn echte thuis.’

Amy Bloom baseerde deze roman op 3000 brieven tussen Eleanor en Lorena. Ze schrijft vlot, grappig, scherp en bij tijden poëtisch. In haar boeken zijn vrouwen het middelpunt. Het genre van haar boeken is historische fictie, romans en verhalen gebaseerd op historische gebeurtenissen. Ze schrijft graag over de jaren ’20 tot en met late jaren ’40. Sinds 1991 bracht ze drie verhalenbundels en drie romans uit. Ze werd voor veel prijzen genomineerd.
Witte huizen is een heerlijk boek!

Enkele jaartallen die in deze roman ontbreken: Eleanor Roosevelt 1884- 1962, Lorena Hickok 1893-1968, Franklin D. Roosevelt 1882-1945 en zijn minnaressen Lucy Mercer Rutherford 1891- 1948 en (Missy) Marguerite LeHand 1896-1944. Prinses Märtha 1901-1954, getrouwd met koning Olaf V.

Uitgeverij         Nijgh & Van Ditmar, 2018
Pagina’s            240
Vertaald            uit het Engels door Paul Syrier (White houses)
ISBN                  978 9038 805 276