‘De damesclub’ door Betsy Lerner

Dit verhaal is een amusant en weemoedig groepsportret van vijf hoogbejaarde Joodse dames, die al vijftig jaar iedere maandagmiddag bij elkaar komen om te bridgen. De schrijfster weet de situaties met humor te beschrijven, maar ook de weemoed, over ‘oude mensen en dingen die voorbijgaan’ is gezien de hoge leeftijd van de groep, voortdurend aanwezig. “De dood hangt boven de bridgetafel.”

Betsy Lerner is een Amerikaanse schrijfster, die eerder twee boeken schreef, die niet in het Nederlands vertaald zijn. Zij ontving diverse Amerikaanse literaire prijzen voor haar gedichten en haar boeken. Ze werkte aanvankelijk als redacteur (waar ze ook een prijs voor kreeg) en is momenteel literair agent in New York. De damesclub is in het Oprah Magazine aangeprezen als ‘grappig en hartverwarmend’.

De damesclub is een non-fictie verhaal. De bridgeclub van haar moeder (Roz) en haar andere vier bridgepartners is de aanleiding van de schrijfster om drie jaar lang de maandagmiddagen met de dames mee te maken. Daartoe leert ze zelf bridgen om het spel en de aantrekking ervan te kunnen doorgronden. Ze interviewt alle dames afzonderlijk over hun leven dat ze leiden als Joodse vrouwen geboren rond 1930 en woonachtig in de stad New Haven in de staat Connecticut in de V.S. New Haven heeft een aanzienlijke Joodse gemeenschap. Er is een Joodse countryclub en een synagoge. Alle dames zijn traditioneel getrouwd onder een choepa. Ze dienen Joodse gerechten op als Koegel en Gefillte Fisj. Hun Joods-zijn speelt zich af in het sociale leven, ze zijn niet intens Joods religieus. De dames hebben allemaal gekozen voor een ‘veilig’ bestaan: goed huwelijk, genoeg geld en de Joodse gemeenschap. Begrijpelijk omdat de generatie voor hen Joodse immigranten waren, die vaak hevig getraumatiseerd in Amerika aankwamen. De moeder van moeder Roz bij voorbeeld maakte de progrom in Kiev van 1919 mee, waar haar zusters en haar ouders werden vermoord. Al is Bridge een spel voor vier spelers, ze zijn met vijf, want als er onverhoopt een dame niet aanwezig kan zijn, kunnen ze toch spelen. Ze spelen ook daarin op ‘safe’.

Hun achtergronden, hun jeugd, hun opleidingen, hun huwelijken, hun kinderen en toen die het huis uit waren, hun al dan niet vrijwillige werkzaamheden, zijn onderwerpen van de vragen van de schrijfster, maar ze ondervraagt de dames bovenal over hun wensen en verlangens, hun teleurstellingen en verdrietigheden en hoe ze daar mee omgingen, over de betekenis van hun Joodse achtergrond, hun ideeën over het Joods-zijn en wat ze daar mee doen. Ze vraagt ze over een veranderende wereld en over elkaar.

De ondertitel van dit verhaal luidt: een verhaal over moeders en dochters. Schrijfster en dochter Betsy Lerner is geboren in 1960. Zij heeft haar leven lang een slechte relatie met haar moeder Roz gehad. Moeder Roz zette enorm veel druk op dochter Betsy om ook te streven naar een goed huwelijk, wat bij Betsy op taai verzet stuitte. Betsy wilde geen huwelijk, maar een carrière en persoonlijke ontwikkeling. Betsy kon niet veel goed doen bij haar afkeurende moeder; het was nooit goed of het deugde niet. Moeder Roz, ging net als de andere vier bridgepartners, als eerste van haar familie naar de universiteit, met het doel om een goede echtgenoot aan de haak te slaan. Alle echtgenoten van de vijf dames waren succesvolle verdieners, Joods, trouw aan hun vrouw en gezin. Drie ervan zijn inmiddels overleden.

Betsy kent de dames ook vijftig jaar. Als ze nu kijkt ziet ze dat ze: “…wankel zijn, kleiner, maar nog steeds gehuld in harmonieus getinte ensembles met bijpassende accessoires, pumps en handtas.” De schrijfster probeert de generatiekloof tussen haar en de dames en in het bijzonder de persoonlijke afgrond tussen haar en haar moeder te overbruggen. Ze ziet de verknochtheid van de dames aan elkaar, hoewel die ook toegeven dat ze uit elkaar zijn gegroeid. Ze praten tijdens de voorafgaande lunch over actuele nieuwtjes en onderwerpen op de TV en films, maar blijven gesloten over hun persoonlijke ‘sores.’ Tijdens het bridgen wordt er weinig gesproken, er wordt alleen fanatiek gespeeld.

Betsy Lerner vergelijkt de levens van de dames met dat van haarzelf en haar generatiegenoten. Zo gesloten als de dames zijn, zo open zijn hun dochters. Die delen elk ‘lek en gebrek’ met elkaar. Maar als haar moeder herstelt van een operatie komen haar bridgepartners allemaal op bezoek met een pannetje eten, schrijft ze. “Facebook verbindt ons wereldwijd en tot in alle eeuwigheid, maar komt geen stoofpotje brengen.”

Aanvankelijk lijdt dochter Betsy aan boosheid naar haar moeder, aan de frustratie die ze ervaart in de omgang met haar, maar ook aan haar verdriet om het ontbreken van echt contact. Ze is getrouwd (toch wel) en heeft een dochter. Haar relatie met háár dochter is een stuk beter dan van haar en haar moeder. Ze constateert dat de carrièremogelijkheden en de persoonlijke ontwikkeling voor meisjes, de ideeën over de man-vrouw-relatie, tijdens haar jeugd en die van haar dochter niet zo gek veel verschilden. Ze houden van dezelfde muziek, zijn veel directer en hebben het niet nodig te trouwen. Hoewel ze al diverse psychotherapieën achter de rug heeft, gaat ze tijdens de drie jaar die ze doorbrengt met de damesclub, weer naar een nieuwe therapeut, wat in combinatie met de gesprekken met haar moeder en de andere dames (en de andere dochters) leidt tot een beter contact met haar moeder en een vergroting van haar zelfvertrouwen en zelfbeeld.

Dit verhaal leest lekker vlot weg en is amusant. Alle uitleg over het spel Bridge had niet gehoeven. Misschien is dat leuk voor fervente bridgers. De schrijfster deed er ruim anderhalf jaar over om het spel goed onder de knie te krijgen. Het valt de lezer niet kwalijk te nemen, dat de spelregels van Bridge niet te volgen zijn. Overslaan die stukjes! Het verhaal blijft er even onderhoudend van.

Uitgeverij         Atlas Contact, 2017
Pagina’s            317
Vertaald            uit het Engels door (The Bridge Ladies)
ISBN                  978 9045 028 606